Gedragscode voor trainers, coaches en mentoren
Overwegende dat:
Alle bij de Nusa Services aangesloten coaches bij hun aansluiting hebben verklaard te zullen werken volgens de Gedragscode van de Nusa Services en zich bij klachten te zullen onderwerpen aan het bij deze gedragscode behorende klachtenreglement.
NUSA SERVICES gaat ervan uit dat:
- de cliënten uiteindelijk zelf het beste weet wat goed voor hem is en zowel in zijn privé – als in zijn professioneel bestaan zelf, op basis van eigen afwegingen, kan beslissen wat hij wél of niet wil. Daardoor is de cliënten ook zelf verantwoordelijk voor de keuzen die hij maakt, en is hij in persoon aanspreekbaar op zijn gedrag.
- de cliënten en de coach elkaar volkomen gelijkwaardig zijn, in die zin dat beiden unieke en complete mensen zijn, vol mogelijkheden
- tijdens coaching de doelen, middelen en keuzen van de cliënten prioriteit hebben boven die van de coach.
Deze gedragscode is meer een richtinggevend dan een juridisch bindend document dat gedetailleerd aangeeft wat een lid wel en niet doen mag. De code geeft aan welke zorgvuldige werkwijze in training, coaching en mentoring verwacht mag worden en bevordert de ontwikkeling van excellentie in beroepsuitoefening met als doel om:
- Te voorzien in passende richtlijnen, verantwoordelijkheden en gedragsregels
- Vast te leggen wat er van de trainers en coaches wordt verwacht dat zij in hun werk met cliënten handelen, zich gedragen en presteren
- Richting te geven aan de professionele ontwikkeling en groei van onze coaches
- Te dienen als basis voor het behandelen van klachten en het treffen van disciplinaire maatregelen op basis van de in onze organisaties geldende klachtenprocedures.
De gedragscode
De gedragscode telt vier paragrafen en bevat de algemene verwachtingen over professioneel gedrag en handelen:
- Terminologie
- Werken met cliënten
- Professioneel handelen
- Excellente beroepsuitoefening
Terminologie
- Kortheidshalve worden in deze Code waar dit van toepassing is:
- Coachees, trainees en studenten aangeduid als: “cliënten”
- De trainers, coaches en mentoren aangeduid als “coach”
- Coaching, mentoring en training aangeduid als “beroepsmatig werk”
- De ondertekenaars van deze Code zijn zich ervan bewust dat de termen “beroep” en “beroepsmatig” gebruikt worden voor activiteiten die niet wettelijk geregeld zijn maar in toenemende mate geprofessionaliseerd en zelfregelend worden.
- De ondertekenaars van deze Code zijn zich ervan bewust dat de titels “coach”, “mentor” en “trainer” geen beschermde titels zijn maar gebruikt kunnen worden door ieder die in het werkveld werkzaam is, ongeacht of deze lid is van een beroepsorganisatie.
Werken met cliënten
- Wanneer zij – in welke hoedanigheid dan ook – beroepsmatig met cliënten werken zullen coaches zich gedragen in overeenstemming met deze Code, vastbesloten om het niveau van dienstverlening te bieden dat redelijkerwijs van een praktiserend coach verwacht mag worden.
- Alvorens met een cliënt aan het werk te gaan dienen coaches deze Code aan hun cliënten beschikbaar te stellen en duidelijk te maken dat zij volgens deze Code zullen werken. Coaches wijzen hun cliënten en opdrachtgevers daarbij ook op de bestaande klachtenprocedures van hun organisaties.
- Voordat zij met een cliënt gaan werken zorgen coaches ervoor dat hun cliënt op de hoogte is van de aard en voorwaarden van een coaching-, mentoring- of training overeenkomst, waaronder afspraken over financiën, logistiek en vertrouwelijkheid en dat hij deze ook goed begrijpt.
- Coaches zetten hun beroepsmatige kennis en ervaring in om de verwachtingen van hun cliënten en opdrachtgevers goed te begrijpen en het met hen eens te worden over hoe zij van plan zijn om hieraan te voldoen. Coaches proberen hierbij ook rekening te houden met de belangen en verwachtingen van andere betrokkenen.
- Coaches zijn open over hun werkwijze en geven de cliënt en opdrachtgever op diens verzoek informatie over de daarbij spelende processen.
- Coaches zorgen ervoor dat de duur van de overeenkomst geschikt is om de doelstellingen van de cliënt en de opdrachtgever te bereiken en werken actief aan de stimulering van de onafhankelijkheid en het zelfvertrouwen van hun cliënt.
- Coaches zorgen ervoor dat de setting waarin coaching, mentoring, training of opleiding plaatsvindt optimale voorwaarden biedt voor leren en reflectie en daarmee een betere kans dat de in de overeenkomst vastgelegde doelen gerealiseerd kunnen worden.
- Coaches behoren te allen tijde de belangen van hun cliënt voorop te stellen maar tegelijkertijd te zorgen dat deze de belangen van de opdrachtgever niet schaden.
- Coaches geven hun relevante professionele kwalificaties, lidmaatschap van een beroepsorganisatie, ervaring, opleiding, certificeringen en accreditaties correct en eerlijk op aan cliënten, opdrachtgevers en collega’s.
- In communicaties met anderen geven coaches correct en eerlijk aan welke waarde zij als coach of mentor zouden kunnen bieden.
- Coaches handelen volgens de geldende wetgeving en zullen gedrag dat oneerlijk, onwettig, onprofessioneel of discriminerend is nimmer aanmoedigen, ondersteunen of ermee samenwerken.
Vertrouwelijkheid
- Tenzij zij wettelijk verplicht zijn om informatie te verstrekken nemen coaches bij hun werk met cliënten de hoogste mate van vertrouwelijkheid in acht met betrekking tot informatie over cliënten en opdrachtgevers.
- Coaches stemmen met cliënten en opdrachtgevers duidelijk af onder welke condities vertrouwelijkheid niet kan worden gewaarborgd omdat zij wettelijk verplicht zijn om informatie te verstrekken (bijv. illegale activiteiten, gevaar voor zichzelf of anderen en proberen het over deze beperking van vertrouwelijkheid zoveel mogelijk eens te worden.
- Coaches houden passende en accurate dossiers van hun werk met cliënten, waaronder begrepen digitale bestanden en communicatie, op een zodanige wijze bij dat vertrouwelijkheid, veiligheid en privacy gewaarborgd zijn en alle in hun land van toepassing zijnde regelgeving met betrekking tot gegevensbeveiliging en privacy gevolgd wordt.
- Coaches bespreken met cliënten dat zij training/intervisie hebben en dat het mogelijk is dat zij hierbij anoniem over de cliënt spreken. De cliënt moet worden verzekerd dat ook voor de training/intervisie zelf vertrouwelijkheid geldt.
- Als de cliënt een kind of een kwetsbare volwassene is maken coaches met diens verzorgers of voogd afspraken om te zorgen voor een mate van vertrouwelijkheid die in het belang van die persoon is en die past binnen toepasselijke wet- en regelgeving. Ongepaste interacties
- Coaches zijn verantwoordelijk voor het stellen en bewaken van duidelijke en passende grenzen over hun omgang, zowel fysiek als anderszins, met cliënten of opdrachtgevers en houden daarbij rekening met culturele verschillen.
- Coaches onthouden zich van iedere romantische of seksuele verhouding met lopende cliënten of opdrachtgevers. Daarnaast zullen coaches attent zijn op de mogelijkheid van eventuele seksuele intimiteit met bovengenoemde en passende actie ondernemen om deze intimiteit te vermijden dan wel de opdracht beëindigen om voor een veilige omgeving te zorgen.
Belangenverstrengeling
- Coaches maken geen misbruik van een cliënt of proberen niet om een ongepast voordeel vanuit de relatie te verkrijgen – financieel of niet-financieel.
- Om mogelijke belangenverstrengeling te voorkomen maken coaches onderscheid tussen een beroepsmatige relatie en andere soorten relaties.
- Coaches onderkennen de mogelijkheid van belangenverstrengeling van zakelijke of persoonlijke aard die uit de werkrelatie kan voortvloeien en vinden daar snel een goede oplossing voor die geen nadeel voor de cliënt of de opdrachtgever inhoudt.
- Coaches houden er rekening mee dat de relatie met een cliënt invloed kan hebben op de relaties met andere cliënten en bespreken elke mogelijke belangenverstrengeling met degenen die daarmee te maken kunnen hebben.
- Coaches bespreken ieder conflict openlijk met de cliënt en zijn bereid om zich uit de relatie terug te trekken als er een conflict ontstaat dat niet goed kan worden opgelost. Beëindigen van professionele relaties & doorlopende verantwoordelijkheden.
- Coaches respecteren het recht van de cliënt om de verbintenis op ieder gewenst moment te beëindigen, met inachtneming van de hierover gemaakte afspraken in de coaching-, mentorring- of training overeenkomst.
- Als coaches van mening zijn dat de cliënt of opdrachtgever beter gediend is met een andere coach of een andere vorm van professionele hulp moedigen zij de cliënt of opdrachtgever aan om de coaching, mentoring of training te beëindigen.
- Coaches begrijpen dat hun professionele verantwoordelijkheden ook ná beëindiging van de professionele relatie voortduren.
Deze omvatten:
- Handhaving van de overeengekomen vertrouwelijkheid van alle informatie over cliënten en opdrachtgevers
- Een veilige opslag van alle op de relatie betrekking hebbende dossiers en gegevens die voldoet aan alle in hun land relevante regelgeving met betrekking tot gegevensbeveiliging en privacy
- Vermijding van het misbruik maken van de vroegere relatie waardoor twijfel zou kunnen ontstaan over de professionaliteit of integriteit van het lid of de beroepsgroep
- Nakoming van alle gemaakte follow-up afspraken.
- Coaches dienen voorzieningen te treffen voor de overdracht van cliënten en dossiers in het geval van tijdelijke arbeidsongeschiktheid of praktijkbeëindiging.
Professioneel handelen
- Coaches gedragen zich op een wijze die te allen tijde positief afstraalt op en de goede reputatie handhaaft van het beroep dat in toenemende mate geprofessionaliseerd wordt.
- Coaches tonen respect voor de variëteit van praktiserende coaches en anderen binnen de beroepsgroep en voor hun verschillende benaderingen van coaching, mentoring en training. Erkennen van gelijkheid en diversiteit
- Coaches houden zich aan de beginselen en het beleid van hun beroepsorganisatie ten aanzien van diversiteit.
- Coaches vermijden om, op welke grond dan ook, welbewust te discrimineren en proberen hun gevoel voor mogelijke discriminatie aan te scherpen.
- Coaches kennen de mogelijkheid van onbewuste vooroordelen en streven naar een respectvolle en inclusieve benadering die individuele verschillen omarmt en onderzoekt.
- Als zij zien dat collega’s, medewerkers, dienstverleners, cliënten of deelnemers zich discriminerend gedragen spreken coaches hen hier op een ondersteunende manier op aan.
- Coaches letten in hun communicatie, gesproken, geschreven of non-verbaal, goed op onbedoelde discriminatie.
- Coaches nemen deel aan ontwikkelingsactiviteiten die hun bewustzijn ten aanzien van gelijkheid en diversiteit kunnen vergroten. Schendingen van professioneel gedrag
- Coaches aanvaarden dat iedere in een klachtenprocedure gegrond bevonden overtreding kan leiden tot sancties waaronder verlies van accreditatieniveau en/of lidmaatschap van de organisatie. In het belang van cliëntveiligheid, het bewaken van kwaliteitsstandaarden en het handhaven van de reputatie van het beroep kunnen de organisaties gegevens over dergelijke overtredingen onderling uitwisselen.
- Een lid spreekt een ander lid eropaan wanneer hij redelijke grond heeft om aan te nemen dat dit lid zich onethisch gedraagt en zal, als dit niet tot een goede oplossing leidt, deze persoon bij de organisatie aanmelden.
Wettelijke en statutaire verplichtingen
- Coaches dienen op de hoogte te blijven van en zich te houden aan relevante statutaire / wettelijke vereisten in het land waar zij beroepsmatig werkzaam zijn en te werken binnen beleid / organisatorische procedures in de context waarin zij werkzaam zijn.
- Coaches zorgen er, binnen de context van het land waarin zij werkzaam zijn, voor dat zij een passende verzekering voor beroepsaansprakelijkheid hebben die dekking biedt voor hun werk als coach, mentor en supervisor.
Excellente beroepsuitoefening
- Coaches worden geacht te beschikken over de kwalificaties, vaardigheden en ervaring die past bij de behoeften van de cliënt en dienen te werken binnen de grenzen van hun competentie. Indien nodig verwijzen coaches de cliënt naar een meer ervaren of geschiktere coach.
- Coaches zijn voldoende fit en gezond om hun beroepsmatige werk te doen. Als dat niet het geval is, of als zij er niet zeker van zijn of zij qua gezondheid in staat zijn om hun werk te doen schakelen zij professionele steun of hulp in. Indien noodzakelijk of wenselijk zorgt het praktiserend lid ervoor dat zijn werk als coach wordt beëindigd en dat de cliënt naar een ander praktiserend lid wordt verwezen.
- Coaches ontvangen training van een voldoende gekwalificeerde supervisor of nemen deel aan een intervisiegroep met een frequentie die past bij hun coaching-, mentoring- of trainingspraktijk, de vereisten van hun beroepsorganisatie en hun accreditatieniveau. Als alternatief kunnen zij aantonen dat zij actief bezig zijn met een reflecterende werkwijze, bij voorkeur samen met collega’s van gelijk niveau en/of meer ervaren collega’s.
Deze code is opgemaakt te ’s-Hertogenbosch d.d. 09-06-2020